Een warmtepomp is een duurzaam alternatief voor traditionele verwarming, maar in de winter moet je er slim mee omgaan om het maximale rendement te halen. Met de juiste aanpak bespaar je energie, geld én verhoog je het comfort in huis.
1. Gebruik lage temperatuurverwarming
Een warmtepomp werkt het efficiëntst bij lage aanvoertemperaturen (rond de 35–45°C).
Wat kun je doen?
• Vloerverwarming of lage temperatuur radiatoren gebruiken.
• Oude radiatoren vervangen of uitbreiden voor meer afgiftecapaciteit.
• Thermostaat slim instellen: beter constant laag verwarmen dan pieken.


2. Isoleer je woning goed
Hoe minder warmteverlies, hoe minder hard je warmtepomp moet werken.
Wat kun je verbeteren?
• Spouwmuur-, vloer- en dakisolatie.
• Dubbel of triple glas.
• Kieren dichten en tochtstrips aanbrengen.
3. Optimaliseer de instellingen
Slim afstellen kan veel verschil maken.
Tips:
• Stel een weersafhankelijke regeling in.
• Laat de warmtepomp continu laag draaien i.p.v. korte pieken.
• Zorg voor een optimale delta T (verschil aanvoer-retour, idealiter 5–7°C).
• Gebruik slimme thermostaten of zoneregeling.


4. Gebruik een buffervat of thermische opslag
Warmte bufferen op momenten dat de warmtepomp efficiënt draait.
Voordelen:
• Minder starten en stoppen van de compressor.
• Opslag van warmte voor gebruik op piekmomenten.
• Goed te combineren met zonne-energie of dynamische stroomtarieven.